Inventaris nr.
Olieproef Afgedamde Maas te Heusden. Ruw materiaal. Ongemonteerd. 14'- 34'
Omschrijving
Met diverse schepen is er een grote olieproef op de Afgedamde Maas bij Heusden gehouden. Hierbij zijn diverse schepen ingezet als de nieuwe Merwede, de Andel en de Bergsche Maas. Ook inzet van olieschermen en olieslurpers. Als 'olie' is turfmolm gebruikt. Zie ook olie-05.
Trefwoorden
Andel | Bergsche | grote | Heusden | Maas | materiaal | Merwede | Nieuwe | olie | olieproef | schepen
Datum
8-9-1986
Inventaris nr.
Olieproef Afgedamde Maas te Heusden. Ruw materiaal. Ongemonteerd. 20'- 47'
Omschrijving
Met diverse schepen is er een grote olieproef op de Afgedamde Maas bij Heusden gehouden. Hierbij zijn diverse RWS-schepen ingezet als de nieuwe Merwede, de Andel en de Bergsche Maas. Ook inzet van olieschermen. Als 'olie' is turfmolm gebruikt. Zie ook olie-06.
Trefwoorden
Andel | Bergsche | grote | Heusden | Maas | materiaal | Merwede | Nieuwe | olie | olieproef | schepen
Datum
8-9-1986
Inventaris nr.
Compartimenteringsdammen. 09'-51'. Ongemonteerd. Ruw materiaal
Omschrijving
Het besluit om een open kering in de Oosterschelde te bouwen, had een aantal gevolgen. Bij een dam zou de getijdenwerking helemaal uitgeschakeld zijn geweest. Zonder ingrijpen zou de getijdenwerking geheel bewaard zijn gebleven. Door de bouw van de stormvloedkering boette de eb- en vloedbeweging toch aan kracht in. De getijde NAM met een kwart af. Dat betekende dat op veel plaatsen rond de Oosterschelde schorren droog vielen, terwijl ze anders bij vloed altijd onderliepen. Om het waterpeil te verhogen werd besloten de Oosterschelde te verkleinen.
De Oosterschelde moest in 'compartimenten' opgedeeld worden. De dammen die daarvoor ontworpen waren, werden daarom compartimenteringswerken genoemd. Het zijn de Philipsdam (tussen de Grevelingendam en Sint Philipsland), de Oesterdam (tussen Tholen en Zuid-Beveland), de Markiezaatskade (tussen Zuid-Beveland en Noord-Brabant) en het Bathse spuikanaal een spuisluis door Zuid-Beveland. De afgesloten Wateren (het Krammer, Volkerak, Zoommeer en Markiezaatsmeer) werden daardoor zoet.
Naast het verkleinen van de Oosterschelde hadden de dammen ook de functie om een stabiel waterpeil in de Schelde-Rijnverbinding te garanderen. Dat waren Nederland en België in 1968 overeengekomen. Een goede verbinding was van groot belang voor de bereikbaarheid van de Antwerpse haven. Verder speelden de dammen een rol bij de waterbeheersing en het milieubeheer van bijvoorbeeld West-Brabant. Door zoete Randmeren te creëren, kwam er water beschikbaar voor de landbouw, die lange tijd door verzilting geplaagd was. In deze opNAMes.
Aan de Oostkant van de Oosterschelde worden twee zg compartimenterings-dammen en sluizen met zout-zoet scheiding gebouwd. (Philipsdammen). Daardoor ontstaat ook een groot randmeer waarin een groot deel van het omringende land afwatert. In deze opNAMes het sluiten van het Tholense gat. Zie ook CW-38 en CW-39.
De Oosterschelde moest in 'compartimenten' opgedeeld worden. De dammen die daarvoor ontworpen waren, werden daarom compartimenteringswerken genoemd. Het zijn de Philipsdam (tussen de Grevelingendam en Sint Philipsland), de Oesterdam (tussen Tholen en Zuid-Beveland), de Markiezaatskade (tussen Zuid-Beveland en Noord-Brabant) en het Bathse spuikanaal een spuisluis door Zuid-Beveland. De afgesloten Wateren (het Krammer, Volkerak, Zoommeer en Markiezaatsmeer) werden daardoor zoet.
Naast het verkleinen van de Oosterschelde hadden de dammen ook de functie om een stabiel waterpeil in de Schelde-Rijnverbinding te garanderen. Dat waren Nederland en België in 1968 overeengekomen. Een goede verbinding was van groot belang voor de bereikbaarheid van de Antwerpse haven. Verder speelden de dammen een rol bij de waterbeheersing en het milieubeheer van bijvoorbeeld West-Brabant. Door zoete Randmeren te creëren, kwam er water beschikbaar voor de landbouw, die lange tijd door verzilting geplaagd was. In deze opNAMes.
Aan de Oostkant van de Oosterschelde worden twee zg compartimenterings-dammen en sluizen met zout-zoet scheiding gebouwd. (Philipsdammen). Daardoor ontstaat ook een groot randmeer waarin een groot deel van het omringende land afwatert. In deze opNAMes het sluiten van het Tholense gat. Zie ook CW-38 en CW-39.
Trefwoorden
aardolie | afgesloten | België | Beveland | bewaard | bouw | bouwen | Brabant | dam | deel | droog | eb | gat | geheel | Grevelingendam | groot | haven | kering | Krammer | land | landbouw | Markiezaatskade | Markiezaatsmeer | materiaal | NAM | nederland | Nederlandse | Noord Brabant | Oesterdam | Oosterschelde | open | Philipsdam | Philipsland | plaatsen | Randmeren | rol | Schelde | Sint Philipsland | Sluizen | spuikanaal | spuisluis | stormvloedkering | Tholen | verbinding | vloed | Volkerak | water | waterbeheersing | Wateren | waterpeil | west | West Brabant | zoet | Zoommeer | zout | zuid | Zuid Beveland
Datum
21-10-1986
Inventaris nr.
Compartimenteringsdammen. 04'-15'. Ongemonteerd. Ruw materiaal
Omschrijving
Het besluit om een open kering in de Oosterschelde te bouwen, had een aantal gevolgen. Bij een dam zou de getijdenwerking helemaal uitgeschakeld zijn geweest. Zonder ingrijpen zou de getijdenwerking geheel bewaard zijn gebleven. Door de bouw van de stormvloedkering boette de eb- en vloedbeweging toch aan kracht in. De getijde NAM met een kwart af. Dat betekende dat op veel plaatsen rond de Oosterschelde schorren droog vielen, terwijl ze anders bij vloed altijd onderliepen. Om het waterpeil te verhogen werd besloten de Oosterschelde te verkleinen.
De Oosterschelde moest in 'compartimenten' opgedeeld worden. De dammen die daarvoor ontworpen waren, werden daarom compartimenteringswerken genoemd. Het zijn de Philipsdam (tussen de Grevelingendam en Sint Philipsland), de Oesterdam (tussen Tholen en Zuid-Beveland), de Markiezaatskade (tussen Zuid-Beveland en Noord-Brabant) en het Bathse spuikanaal een spuisluis door Zuid-Beveland. De afgesloten Wateren (het Krammer, Volkerak, Zoommeer en Markiezaatsmeer) werden daardoor zoet.
Naast het verkleinen van de Oosterschelde hadden de dammen ook de functie om een stabiel waterpeil in de Schelde-Rijnverbinding te garanderen. Dat waren Nederland en België in 1968 overeengekomen. Een goede verbinding was van groot belang voor de bereikbaarheid van de Antwerpse haven. Verder speelden de dammen een rol bij de waterbeheersing en het milieubeheer van bijvoorbeeld West-Brabant. Door zoete Randmeren te creëren, kwam er water beschikbaar voor de landbouw, die lange tijd door verzilting geplaagd was. In deze opNAMes.
Aan de Oostkant van de Oosterschelde worden twee zogenaamde Compartimenterings-dammen en sluizen met zout-zoet scheiding gebouwd. (Philipsdammen). Daardoor ontstaat ook een groot randmeer waarin een groot deel van het omringende land afwatert. In deze opNAMes het sluiten van het Tholense gat, gezien vanuit de lucht. Zie ook CW-38 en CW-40.
De Oosterschelde moest in 'compartimenten' opgedeeld worden. De dammen die daarvoor ontworpen waren, werden daarom compartimenteringswerken genoemd. Het zijn de Philipsdam (tussen de Grevelingendam en Sint Philipsland), de Oesterdam (tussen Tholen en Zuid-Beveland), de Markiezaatskade (tussen Zuid-Beveland en Noord-Brabant) en het Bathse spuikanaal een spuisluis door Zuid-Beveland. De afgesloten Wateren (het Krammer, Volkerak, Zoommeer en Markiezaatsmeer) werden daardoor zoet.
Naast het verkleinen van de Oosterschelde hadden de dammen ook de functie om een stabiel waterpeil in de Schelde-Rijnverbinding te garanderen. Dat waren Nederland en België in 1968 overeengekomen. Een goede verbinding was van groot belang voor de bereikbaarheid van de Antwerpse haven. Verder speelden de dammen een rol bij de waterbeheersing en het milieubeheer van bijvoorbeeld West-Brabant. Door zoete Randmeren te creëren, kwam er water beschikbaar voor de landbouw, die lange tijd door verzilting geplaagd was. In deze opNAMes.
Aan de Oostkant van de Oosterschelde worden twee zogenaamde Compartimenterings-dammen en sluizen met zout-zoet scheiding gebouwd. (Philipsdammen). Daardoor ontstaat ook een groot randmeer waarin een groot deel van het omringende land afwatert. In deze opNAMes het sluiten van het Tholense gat, gezien vanuit de lucht. Zie ook CW-38 en CW-40.
Trefwoorden
aardolie | afgesloten | België | Beveland | bewaard | bouw | bouwen | Brabant | dam | deel | droog | eb | gat | geheel | Grevelingendam | groot | haven | kering | Krammer | land | landbouw | lucht | Markiezaatskade | Markiezaatsmeer | materiaal | NAM | nederland | Nederlandse | Noord Brabant | Oesterdam | Oosterschelde | open | Philipsdam | Philipsland | plaatsen | Randmeren | rol | Schelde | Sint Philipsland | Sluizen | spuikanaal | spuisluis | stormvloedkering | Tholen | verbinding | vloed | Volkerak | water | waterbeheersing | Wateren | waterpeil | west | West Brabant | zoet | Zoommeer | zout | zuid | Zuid Beveland
Datum
19-10-1986
Inventaris nr.
Compartimenteringsdammen. 13'-56'. Ongemonteerd. Ruw materiaal
Omschrijving
Het besluit om een open kering in de Oosterschelde te bouwen, had een aantal gevolgen. Bij een dam zou de getijdenwerking helemaal uitgeschakeld zijn geweest. Zonder ingrijpen zou de getijdenwerking geheel bewaard zijn gebleven. Door de bouw van de stormvloedkering boette de eb- en vloedbeweging toch aan kracht in. De getijde NAM met een kwart af. Dat betekende dat op veel plaatsen rond de Oosterschelde schorren droog vielen, terwijl ze anders bij vloed altijd onderliepen. Om het waterpeil te verhogen werd besloten de Oosterschelde te verkleinen.
De Oosterschelde moest in 'compartimenten' opgedeeld worden. De dammen die daarvoor ontworpen waren, werden daarom compartimenteringswerken genoemd. Het zijn de Philipsdam (tussen de Grevelingendam en Sint Philipsland), de Oesterdam (tussen Tholen en Zuid-Beveland), de Markiezaatskade (tussen Zuid-Beveland en Noord-Brabant) en het Bathse spuikanaal een spuisluis door Zuid-Beveland. De afgesloten Wateren (het Krammer, Volkerak, Zoommeer en Markiezaatsmeer) werden daardoor zoet.
Naast het verkleinen van de Oosterschelde hadden de dammen ook de functie om een stabiel waterpeil in de Schelde-Rijnverbinding te garanderen. Dat waren Nederland en België in 1968 overeengekomen. Een goede verbinding was van groot belang voor de bereikbaarheid van de Antwerpse haven. Verder speelden de dammen een rol bij de waterbeheersing en het milieubeheer van bijvoorbeeld West-Brabant. Door zoete Randmeren te creëren, kwam er water beschikbaar voor de landbouw, die lange tijd door verzilting geplaagd was. In deze opNAMes.
Aan de Oostkant van de Oosterschelde worden twee zogenaamde Compartimenterings-dammen en sluizen met zout-zoet scheiding gebouwd. (Philipsdammen). Daardoor ontstaat ook een groot randmeer waarin een groot deel van het omringende land afwatert. In deze opNAMes het sluiten van het Tholense gat. Zie ook CW-39 en CW-40.
De Oosterschelde moest in 'compartimenten' opgedeeld worden. De dammen die daarvoor ontworpen waren, werden daarom compartimenteringswerken genoemd. Het zijn de Philipsdam (tussen de Grevelingendam en Sint Philipsland), de Oesterdam (tussen Tholen en Zuid-Beveland), de Markiezaatskade (tussen Zuid-Beveland en Noord-Brabant) en het Bathse spuikanaal een spuisluis door Zuid-Beveland. De afgesloten Wateren (het Krammer, Volkerak, Zoommeer en Markiezaatsmeer) werden daardoor zoet.
Naast het verkleinen van de Oosterschelde hadden de dammen ook de functie om een stabiel waterpeil in de Schelde-Rijnverbinding te garanderen. Dat waren Nederland en België in 1968 overeengekomen. Een goede verbinding was van groot belang voor de bereikbaarheid van de Antwerpse haven. Verder speelden de dammen een rol bij de waterbeheersing en het milieubeheer van bijvoorbeeld West-Brabant. Door zoete Randmeren te creëren, kwam er water beschikbaar voor de landbouw, die lange tijd door verzilting geplaagd was. In deze opNAMes.
Aan de Oostkant van de Oosterschelde worden twee zogenaamde Compartimenterings-dammen en sluizen met zout-zoet scheiding gebouwd. (Philipsdammen). Daardoor ontstaat ook een groot randmeer waarin een groot deel van het omringende land afwatert. In deze opNAMes het sluiten van het Tholense gat. Zie ook CW-39 en CW-40.
Trefwoorden
aardolie | afgesloten | België | Beveland | bewaard | bouw | bouwen | Brabant | dam | deel | droog | eb | gat | geheel | Grevelingendam | groot | haven | kering | Krammer | land | landbouw | Markiezaatskade | Markiezaatsmeer | materiaal | NAM | nederland | Nederlandse | Noord Brabant | Oesterdam | Oosterschelde | open | Philipsdam | Philipsland | plaatsen | Randmeren | rol | Schelde | Sint Philipsland | Sluizen | spuikanaal | spuisluis | stormvloedkering | Tholen | verbinding | vloed | Volkerak | water | waterbeheersing | Wateren | waterpeil | west | West Brabant | zoet | Zoommeer | zout | zuid | Zuid Beveland
Datum
19-10-1986